Website van de Henk & Wilma Rinkens

2017-11 Geen Planning, geen voorbereiding

De eerste keer voor KLM gekozen. Niet rechtstreeks vanuit Amsterdam, maar vanuit Düsseldorf met de Cityhopper naar Amsterdam en daarna rechtstreeks naar Bangkok. Dit was €300 goedkoper en scheelde niks aan tijd. De bagagevoorschriften hadden we niet goed doorgelezen, want we mogen maar 1 stuk ruimbagage per persoon meenemen, maar we hadden elk 2 fietstassen. De vriendelijke mevrouw aan de incheckbalie gaf ons het advies om 2 tassen met plastic folie bij de wikkelservice in te pakken, want hierdoor zouden we geen extra kosten moeten betalen. We hoefden niet meer in de rij te gaan staan maar konden de bagage gewoon bij haar afgeven. Zo gezegd zo gedaan! Bij terugkomst wilde we de bagage afgeven maar werden door een zeer onvriendelijke mevrouw bij de check-in tegengehouden. We moesten weer aansluiten in de rij 🙁 ondanks onze uitleg en het advies van haar collega hield zij vol dat voorkruipen onbeschoft was, iets dat we vooral van haar vonden, omdat ze haar collega gewoon ignoreerde.

Ondanks haar protest hebben we de bagage toch bij haar collega afgegeven…

De service van KLM was toppie en na 10:45 minuten stonden we al op Suvarnabhumi Airport in Bangkok. Thaise Baht pinnen, een telefoonkaart kopen en even later zaten we in de taxi op weg naar het Baan Thai House in Ayutthaya.

We werden verwelkomd door het personeel en een oude bekende, Bell, zij had hier eerder gewerkt, maar was in een telefoonwinkel gaan werken. Sinds 5 maanden werkte ze weer in het BTH. Bun-gna was in Chiang Mai en zodoende werden we tegen de middag door Leena en Peter begroet.

De fietsen werden weer van de zolder gehaald, maar mijn achterband bleek erg verweerd na vele maanden op zolder. Dus gelijk een nieuwe gekocht als reserve. We hebben de 3 dagen in het BTH alleen gebruikt om te rusten en te wennen aan de omschakeling van tijd en klimaat.

Peng een van de stafmedewerkers van het BTH maakte ons erop attent dat er een markt met voorstellingen in het centrum opgebouwd was. Op zondagavond hebben we deze te voet bezocht, maar aangezien deze al maanden aan de gang was, was deze niet druk en tijdens de voorstellingen werd hoofdzakelijk gepraat en niks gedaan. Bij een standje met een doofstomme schilder hebben we een typisch Thais schilderijtje gekocht voor onze verzameling prularia.

Leena nam ons mee lunchen en liet ons het nieuwe in aanbouw zijnde appartementencomplex zien dat zij samen met haar zus gekocht had en waarvoor ze nog de vloertegels moest kiezen. Hier zouden vele winkeltjes komen.

We hadden helemaal niks vooruit gepland en zodoende hebben we de dagen gebruikt om ons reisdoel te bepalen. Het liefst zouden we via Ranong naar Krabi willen fietsen, maar daar zou het de komende week alleen maar regenen, dus dan maar een andere kant uit. De oostkust richting Rayong.

De volgende dag zijn we naar ons eerste hotel gefietst op 55km afstand. Maar goed dat ik een reserve buitenband gekocht had, want na 20km had ik het idee dat de weg erg hobbelig was, maar dat bleek een ei op mijn band die op springen stond. Rond half twaalf arriveerden wij bij het Pro Sweet hotel & Spa Resort in Rangsit. Een vreemd hotel met kamer met bubbelbad, douche en toilet in de tuin. Het pornokanaal op de TV gaf aan waarvoor deze kamers veelal gebruikt werden.

Op het ontbijt om 7 uur hadden we eigenlijk niet hoeven te wachten…1 spiegelei met een sneetje toast met zoete boter en een paar schijfjes tomaat en een kop oploskoffie.

Ons volgende reisdoel was Chachoengsao, een stadje waar we enkele jaren geleden al eens geweest waren. We hadden gekozen voor het JK living Hotel & Service Apartement.

De reis erheen was zeer zwaar, 80km over erg drukke wegen met veel vrachtverkeer, zeker geen vakantiegevoel maar afzien, temeer omdat we 20km over een lange stoffige weg met wegwerkzaamheden moesten rijden.

 

 

 

In Chachoengsao lag een mooi tempelcomplex, de Wat Sothon, dat we natuurlijk bezocht hebben. De marmeren vloer bestond uit een mozaïek met mythische figuren. Aan de overkant van de tempel lag een kleine markt waar een optreden van folklore dansen opgevoerd werd. We zijn hier even bij gaan zitten kijken, totdat we het gevoel hadden dat men hiervoor een kaartje nodig had.

De volgende dag zaten we om 7 uur op de fiets voor een trip van 60km naar Bang Saen, een kustplaats waar we al meerdere keren geweest zijn. De 60km stelden niks voor en het leek helemaal niet warm.

Om 11 uur arriveerden we al in het Phu Place Hotel. Geen probleem, de kamer was al beschikbaar en na een douche gelijk op weg voor een noedelsoep. We zagen een zeer proper kraampje langs de weg maar ik zag niet de soepketel, dus geen soep? Het vrouwtje liet mij de kokosmelksoep met kip en bami proeven en ik was gelijk overtuigd! Het was heerlijk, jammer dat ik de naamd ervan vergeten ben.

Het is vrijdag en dus is er avondmarkt, de ideale plaats om de avond door te brengen. De boulevard was al uitgestorven, slechts enkele kraampjes met visproducten. Na 2km over de boulevard bereikten we de markt. De weinige babuitenlanders die daar rondliepen kwamen vrijwel allemaal uit Scandinavië. Er was namelijk zo’n 2km hier vandaan een Scandinavische gemeenschap van rond 200 personen die zich hier gevestigd hebben. Waarschijnlijk om de koude en donkere dagen in Scandinavië te ontvluchten. Het personeel in het hotel, waarschijnlijk van Chinese afkomst was super vriendelijk en gaf onsaan dat dit weekend boat races gehouden zouden worden. Maar eerst hebben we nog eens het soepkraampje opgezocht, want zelden hadden we zo’n lekkere soep gehad. We zijn daarna tot het einde van de kilometers lange boulevard gelopen, waar een grote kraan opgesteld stond om de powerboats in het water te hijsen. De coureurs, werden op de rug gedragen zodat hun racepak niet nat werd. Het was een indrukwekkend krachtvertoon, vergelijkbaar met formule 1, maar dan op het water en niet minder gevaarlijk.

De volgende dag vertrokken we na een ontbijtbuffet naar de bekendste badplaats van Thailand…Pattaya. Voordat we in het hotel aankwamen reden we over de boulevard en langs het strand, dat bezaaid lag met vele donkerbruine Delftsblauwe toeristen. Veelal Engelse vrijgezellen die de laatste dagen van hun bestaan samen met hun Thaise lady(boy) onder de Thaise zon willen doorbrengen.

Het was een korte trip van 50 km naar het Blue Sky hotel, dat in een zijstraat van de boulevard lag. Dus minder herrie van disco en andere lawaai. In Pattaya wordt het grote geld verdiend aan tourisme en met name het sextourisme. Wanneer men over de boulevard van Pattaya loopt, heeft men het gevoel dat elke Europese looser hier verzeild is geraakt. Leeftijd of handicap speelt hier geen rol, op ieder keteltje pas een dekseltje…als je beurs maar gevuld is.

Normaliter gaan eten we in Ayutthaya altijd roti met ei en banaan, maar het vrouwtje met het roti kraampje was er niet, zodoende dat wij in Pattaya niet langs een roti kraampje konden lopen zonder van deze zoete lekkernij te genieten. Lekker zittend en gluren naar de taferelen die zich hier afspelen.

Vanaf het drukke Pattaya reden we door het binnenland naar Rayong. 68 km door een in eerste gedeelte heuvelig landschap over de 36, een grote weg en zodoende genoeg mogelijkheden om ons transpiratievocht aan te vullen. Veel bijzonderheden zijn we niet tegengekomen, maar wel bijzonder goed voor de conditie, afgezien van de uitlaatgassen van de vrachtwagens.

In Rayong hebben we deze keer gekozen voor het Tammarind City Hotel. De hotelprijzen in deze regio zijn niet te vergelijken met de prijzen in Pattaya en voor dus hebben we voor 1100 Baht ofwel €28 een prima hotel. Typisch Thais eten kan men zeer goed in de Food Market van de Tesco, die een paar honderd meter van het hotel lag. Men betaalt van tevoren en krijgt een kaart waarmee je kunt afrekenen, het restantbedrag krijgt men na afloop aan de kassa terug, een geweldig systeem.

Achter de Tesco was de avondmarkt, een plaats die wij zelden overslaan. Deze markt viel op vanwege de vele 2de hands spullen waarbij opvallend veel voor in en rondom de auto. Natuurlijk hebben we hier ook iets gegeten, heerlijk Thaise groente loempias.

Op 2km van ons hotel bevond zich nog een shopping mall, gericht op de rijkere Thai of toerist, ofschoon men deze laatste hier weinig aantreft. Men had het winkelcentrum (volgens ons pas gebouwd) al in kerststemming gebracht en er werden kerstliedjes gespeeld. Deze soort shopping malls overtreffen onze westerse winkelcentrums op vele opzichten!

Het ontbijt in het Tammarind City Hotel was al om 6 uur beschikbaar en zodoende zaten we vroeg op de fiets. Een trip van 60km naar een onbekend plekje waar ik op Google Maps een restaurant met slaapgelegenheid had gevonden. Onderweg passeerden we lange stranden en kustplaatsen, waarvan het bekendste Mae Phim is. Hier verblijven diegene die van strand en seafood houden en niet van drukte.

Gelukkig was het niet volgeboekt en konden we nog een kamer krijgen, anders hadden we nog menige km moeten doortrappen. Ik had deze plek gekozen omdat deze precies tussen Rayong en Chantaburi lag en we zodoende geen extreme afstanden moesten fietsen. Dit resort was eigenlijk een restaurant die tevens kamers verhuurde. Geen westerse naam op Google maar alleen een Thaise naam. บ้านสุดสาคร โฮมสเตย์ ofwel na vertaling Baan Suan Hom Homestay.

Het ontbijt was niet wat we normaal gewend waren, een kom rijstsoep met seafood. Maar gelukkig hadden we nog een potje Nutella gekocht dat in combinatie met het toastbrood toch nog een redelijk ontbijt opleverde.

Verder was er in deze buurt niks te beleven, gewoon luieren, lekker eten en een mooie lokatie op Koh Chang uitzoeken. Dit laatste was niet makkelijk. Vind maar een lokatie die een goede recensie heeft, uitgebreid ontbijt buffet, aan het strand, een zwembad en ook nog betaalbaar is…

Op de weg naar Chanthaburi passeerden we verschillende kraampjes waar men zout verkocht. Zeezout uit zeewater dat door de zon verdampt. Klinkt simpel maar om dit te bereiken moet hard gewerkt worden zoals op de foto’s te zien is. De hele dag door zoutwater waden in de brandende zon lijkt echt niet prettig.

In Chanthaburi hebben we gekozen voor het Kasemsarn hotel, voor 1300 Baht een van de betere hotels in deze stad. Chanthaburi is niet ingesteld op toeristen, tenzij je edelstenen wilt kopen, want daarvoor staat deze stad bekend. Op 2 km afstand van het hotel lag de BigC en de Tesco supermarkt, waar we in de foodcorner meestal gaan eten. Niet te vergeten het heerlijke gebak bij de bakkerij aldaar. Tijdens de wandeling naar de Tesco zagen we dat onze goed heilig man hier de handen vol heeft en dat ook Thaise kinderen tijdens deze dagen hun schoentjes opzetten.

Sinterklaas kapoentje, gooi wat in mijn schoentje... Eindelijk hebben we een mooi hotel op Koh Chang gevonden! De fietsen en de helft van onze bagage hebben we in het Kasemsarn hotel achtergelaten en om 9 uur vertrokken we met de bus naar de ferry voor Koh Chang. Met het ticket voor de bus voor 65 Baht pp, waren we er nog niet. Hierna met de pickup naar de ferry voor 80 Baht pp, en daarna weer met een andere pickup naar de ferry waar we 150 Baht pp voor het retour ticket betaald hebben. Ohja, en dan natuurlijk op Koh Chang met een pickup naar het 25km verwijderde Koh Chang Kai Bae Beach Resort. Voor 80 Baht pp…

Na 3,5 uur stonden we op onze hotelkamer met balkon met zeezicht… alle inspanningen en zoekwerk hadden zich geloond!

Koh Chang is natuurlijk niet te vergelijken met Chanthaburi of de kustplaatsen die we gepasseerd zijn. Hier is alles gericht op de toerist maar dan niet zoals in Pattaya op de sex toerist, maar op diegene die wil genieten van zon, zee en strand.

Vanuit onze hotelkamer hadden we een mooi zicht op deze laatsten.

Ons hotel was bezig met een uitbreiding. Naast ons werd een nieuw hotelcomplex gebouwd en hierdoor konden we de werkzaamheden op de bouw bestuderen. Niet de zons op of ondergang, maar voor een doehetzelver als mij was ik meer geïnteresseerd naar de werkzaamheden op de bouw. Mij lijkt de kans klein dat je hier zonder kleerscheuren je pensioen haalt. Zoja, dan heeft de Heilige Barbara of Boeddha je goed beschermd. In de bouw werken opvallend veel vrouwen, ze metselen, slepen met zakken cement ( niet de 25kg zakjes zoals wij die nu kennen) of bouwen steigers. Steigers, haha, een paar bamboepaaltjes en klaar. Je moet bijna een aap zijn om omhoog te klimmen of je staande te houden. Stalen neuzen…nee, teenslippers of Crocs. Bouwvakkers zijn meestal volledig ingepakt en beschermd tegen de zon, want hier geldt dat een lichte huidskleur een teken van rijkdom is. Mijn oog viel ook op een lasser die aan de stalen balk dakconstructie aan het lassen was. Geen ladder, steiger of vanggordel. Een lasbril leek mij wel nodig maar dan beweeg je natuurlijk daarboven als een blinde, dus daarom heeft hij deze niet. Ik doe de (harde) pet af voor deze mensen! En dat waarschijnlijk voor een maandsalaris, waar onze gemiddelde bouwvakker een zaterdag voor gaat beunen.

We hebben uiteindelijk 3 overnachtingen op Koh Chang gehad en zijn hierna weer met de genoemde pickup busjes en ditmaal een minibusje terug naar Chanthaburi gereden, waar we de fietsen en deel van onze bagage in het Kasemsarn hotel hadden achtergelaten.

Ditmaal hebben we de avond in het stadspark doorgebracht, waar men op een plein met een zeer grote groep aerobic aan het doen was en toen dit afgelopen was de schooljeugd het plein gebruikte als skeelerbaan. Mooi om te zien hoe jonge ventjes op hun skeelers met led verlichting in de wieltjes over het plein scheurden.

De volgende dag zijn we met de bus naar Mo Chit busterminal in Bangkok gereisd. Inclusief fietsen voor 530 Baht, pakweg 14 Euro. Je had moeten zien hoe de fietsen in het laadruim onder de bus geduwd werden met daaronder en daarop tassen en koffers van andere passagiers… Er zijn meerdere grote busterminals in Bangkok, Ekkamai, Victoria Station en Mo Chit, waarbij deze laatste in het noordelijk deel van Bangkok ligt. Kort bij Chattuchack market en onder de oude DonMueang Airport en treinstation.

Van hieruit , een minder druk gedeelte, zouden we het makkelijkste weer terug naar Ayutthaya kunnen fietsen.

Wij arriveerden na 4 1/2 uur in Mo Chit en tot the Journey hotel was het slechts 10km fietsen. Door dit gedeelte van Bangkok fietsen valt reuze mee, het is wel erg druk maar men houdt rekening met brommers en fietsers. We kregen een kamer op de bovenste, 7de etage van het hotel en hadden daardoor een mooi uitzicht. In de omgeving van het hotel lagen verschillende eetgelegenheden en hebben we heerlijk kunnen eten, zelfs met een Belgisch witbier.

De volgende ochtend zijn we zonder ontbijt, want dat kreeg men niet in het hotel, naar onze thuishaven in Ayutthaya gefietst. Een rit van 62km. Dit was tevens de laatste echte fietsdag. We waren na ongeveer 10km uit de drukte in Bangkok en hebben ons ontbijt ingehaald bij de 7-Eleven en zijn verder via rustige wegen langs Bang Pa-in naar Ayutthaya gefietst, een mooie route, veelal langs kleine riviertjes.

Langs de weg zagen we op vele plaatsen de bekende plant, waaraan Thai Airways hun logo te danken hebben.

Om half 12 arriveerden we in het Baan Thai house. Na een douche zijn we met de fietsen naar het soeprestaurant bij de Wat Ayutthaya gefietst waar we een heerlijke kom soep en saté hebben gegeten, Na de middag heeft Wilma de koelte van het zwembad opgezocht. Ik heb dit gemeden, aangezien ik blij was dat mijn hoofdwond nu dicht was. Ja, ik had een flinke snee in mijn hoofd opgelopen tijdens de reis met de pick-up naar Koh Chang. De huif was dermate laag, dat ik flink mijn hoofd stootte bij het instappen, waarschijnlijk omdat mijn petje het zicht naar boven belemmerde.

Bij aankomst in het BTH werden wij door Leena en Bu-nga gelijk uitgenodigd voor een diner tegen de avond. We reden zodoende rond 19 uur naar het Krungski Ruver hotel, waar we getrakteerd werden op hele reeks typische Thaise gerechten in het restaurant langs de rivier.

Hier werd ons ook gevraagd of wij morgen mee naar Bangkok wilden gaan om de tempel van de overleden koning Bhumibol te bezichtigen. Deze was door de aanhoudende opkomst van mensen 1 maand langer open gehouden. Aangezien later bleek dat de wachtrij voor toeristen veel korter was dan voor Thaise mensen hebben we dit niet gedaan. Wel zijn we de volgende dag Khao Soi noodle soep gaan eten met Peter en Bu-nga, de lekkere gele currysoep die wij ook in Bang Saen gegeten hebben. Alweer een nieuw restaurant met een zeer uitgebreide menukaart leren kennen.

Leena moest naar de tandarts in Bangkok en zodoende hoefden we geen taxi te regelen en naam zij ons mee tot aan een BTS station waar we de BTS naar National Stadium genomen hebben, op steenworp afstand van ons guesthouse; Wendy House. Een piepkleine kamer maar verder alles toppie! Bangkok was in kerstsfeer en er waren vele eetkraampjes rondom MBK opgebouwd. We hebben daarom de Skytrain naar Nana genomen en zijn terug gelopen langs de vele kraampjes naar ons Guesthouse.